Paard

Het agouti-gen regelt de verdeling van het zwarte pigment en is bepalend voor een voskleurige of zwarte vacht van het paard. Het effect van het agouti-gen moet worden gecombineerd met het extensie-gen om de drie basiskleuren van de vacht te verkrijgen. Paarden die drager zijn van het allel E van het extensie-gen zijn zwart van kleur als ze twee kopieën hebben van het allel a van het agouti-gen en voskleurig als ze minstens één kopie hebben van allel A van het agouti-gen.

Het extensie-gen (rode factor) codeert voor het MC1R-eiwit dat het zwarte pigment (eumelanine) aanmaakt. Het dominante allel E zorgt voor zwart pigment in de vacht en het recessieve allel e maakt rood pigment aan. Een paard met 2 exemplaren van het allel e zal kastanjebruin zijn. Een paard met één of twee exemplaren van het allel E zal voskleurig of zwart van kleur zijn. Het effect van het extensie-gen moet worden gecombineerd met het agouti-gen om de drie basiskleuren van de vacht te verkrijgen.

Het ‘lavendel-veulen’-syndroom (LFS) is een genetische aandoening die ernstige neurologische symptomen veroorzaakt. Getroffen veulens kunnen niet staan, hebben epileptische aanvallen, vertonen hyperextensie van de ledematen en hebben onwillekeurige oogbewegingen en een roze (lavendelkleurige) vacht. De getroffen veulens sterven kort na de geboorte en worden meestal geëuthanaseerd.

Het Overopaard heeft een specifiek patroon met witte vlekken. Deze paarden zijn heterozygoot voor één mutatie (één kopie van het allel) die dodelijk is in de homozygote toestand (twee kopieën van het gemuteerde allel) omdat witte veulens sterven aan complicaties als gevolg van afwijkingen in het darmstelsel.

Het gray-gen zorgt voor een progressieve depigmentatie van de vacht. Grijze paarden kunnen met eender welke vachtkleur worden geboren en worden geleidelijk aan grijs en uiteindelijk zelfs bijna volledig wit (op de leeftijd van 6 tot 8 jaar). Met de HORSE-GREY-test is het mogelijk om paarden die de grijze mutatie niet hebben te onderscheiden van paarden die geleidelijk aan grijs worden. De test maakt geen onderscheid tussen heterozygote en homozygote paarden.

Champagne is een verdunning van de kleur van de vacht. De pigmenten van de zwarte vacht worden lichter en geven de kleur classic champagne, een voskleurige vacht wordt amber champagne en een kastanjebruine vacht wordt verdund tot gold champagne. Alle champagnepaarden worden geboren met een ongepigmenteerde huid die in de eerste dagen na de geboorte donkere spikkels krijgt.

Het crème-gen verdunt de basiskleuren (kastanjebruin, voskleurig en zwart) van de vacht en geeft de volgende vachtkleuren: palomino buckskin en smoky black als er maar één kopie van het crème-gen aanwezig is en cremello, perlino en smoky cream als er twee kopieën van het gen aanwezig zijn.

Wildkleur (dun) is een verdunning van de vachtkleur die wordt gekenmerkt door een lichtere vacht, maar het hoofd, de onderbenen, de manen en de staart zijn niet verdund. Vaak wordt wildkleur ook gekenmerkt door primitieve aftekeningen zoals een aalstreep. Wildkleur (dun) verdunt een kastanjebruine vacht in kastanjebruin dun, een voskleurige vacht in voskleurig dun en een zwarte vacht in muisgrijs.

Tobiano is een witpatroon met als kenmerk een witte vacht op de wervelkolom en vier witte benen onder de knieën. De vlekken zijn meestal regelmatig en duidelijk te onderscheiden als ovale of ronde patronen. 

Silver is een verdunning van de vachtkleur die het zwarte pigment verdunt en het veulen een grijsachtig uiterlijk geeft. Zilververdunning wordt ook geassocieerd met een erfelijk oogsyndroom dat bekend staat als meervoudige aangeboren oogafwijkingen (MCOA).